Onroerende voorheffing: zo krijg je korting

Gepost op

In België tellen we tal van belastingen. Een van deze belastingen is de onroerende voorheffing. Dit is, zoals de naam reeds suggereert, een jaarlijkse belasting op onroerende goederen. De onroerende voorheffing is trouwens een regionale belasting waardoor deze in Vlaanderen wordt geheven door de Vlaamse Belastingdienst.  

Wie betaalt de onroerende voorheffing?  

De onroerende voorheffing is verschuldigd door de persoon die op 1 januari van het aanslagjaar een zakelijk recht heeft op het betrokken goed. Dit kan betekenen dat je volle eigenaar bent van de woning, maar ook de vruchtgebruiker of opstalhouder zal het aanslagbiljet inzake de onroerende voorheffing in zijn/haar brievenbus krijgen. In geval van de verhuur van een onroerend goed, blijft de eigenaar aansprakelijk voor de betaling van de onroerende voorheffing en dus niet de huurder.  

Als het goed in de loop van jaar wordt verkocht, zal de roerende voorheffing door de notaris worden verrekend bij de verkoop.  

Berekening van de onroerende voorheffing 

De onroerende voorheffing wordt berekend op basis van het kadastraal inkomen van uw woning. Vervolgens wordt dit kadastraal inkomen geïndexeerd. Voor aanslagjaar 2023 bedraagt de indexatiecoëfficiënt bijvoorbeeld 2,0915. Dit betekent dat als jouw kadastraal inkomen €100 bedraagt, dit voor €209,15 in aanmerking wordt genomen. Vervolgens wordt op dit geïndexeerd kadastraal inkomen de eigenlijk onroerende voorheffing berekend. Deze bestaat op haar beurt uit drie componenten. Namelijk een basisheffing die toekomt aan het Vlaams Gewest, en respectievelijke opcentiemen voor de provincie en de gemeente. De opcentiemen van de gemeente wegen hierbij het zwaarst door.  

Vermindering onroerende voorheffing 

Er bestaan ook tal van verminderingen voor de onroerende voorheffing. Deze verminderingen zijn tweezijdig. Enerzijds worden deze gekoppeld aan de woning zelf, anderzijds worden deze gekoppeld aan de bewoners.  

Verminderingen op basis van de woning 

Een eerste vermindering bestaat er voor bescheiden woningen waarin u zelf gedomicilieerd bent. U komt in aanmerking als het totaal (niet geïndexeerd) kadastraal inkomen van de onroerende goederen waarvan u (mede-)eigenaar bent minder dan €745 bedraagt. De vermindering bedraagt 25%. 

Voor bescheiden nieuwbouwwoningen bedraagt de vermindering 50%. Hieraan zijn dezelfde voorwaarden gekoppeld, maar de woning moet nieuw zijn. De vermindering geldt voor maximaal vijf jaar.  

Verder bestaat er nog een vermindering voor energiezuinige woningen. Deze wordt bepaald op basis van het E-peil dat wordt beoordeeld op basis van een energieprestatiecertificaat. Dit kan voor nieuwe woningen of woningen die energetisch verbouwd zijn. De voorwaarden en exacte vermindering hangen af van wanneer de woning werd gebouwd, of het over nieuwbouw of een verbouwing gaat en van het E-peil.  

Als je een woning verhuurt aan een sociale huisvestingmaatschappij zal je tevens een korting krijgen op de onroerende voorheffing.  

Tot slot kan ook een proportionele vermindering van de onroerende voorheffing worden gevraagd wanneer het gebouw improductief is geweest. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn wanneer het gebouw onvrijwillig leeg staat.  

Verder zijn er nog verminderingen voor ongebouwde onroerende goederen en voor rechtspersonen, maar die laten we hier buiten beschouwing.  

Persoonsgebonden verminderingen 

Een eerste persoonsgebonden vermindering bestaat voor gezinnen met minstens twee kinderen die recht hebben op het groeipakket (voormalige kinderbijslag).  

Daarnaast bestaat er tevens een vermindering voor personen met een handicap. Hierbij moet de handicap zijn vastgesteld voor de leeftijd van 65 jaar en moet deze een invaliditeit van minstens 66% tot gevolg hebben of het verdienvermogen van de persoon tot maximaal één derde verminderen of de zelfredzaamheid met minstens 9 punten verminderen.  

Voor de volledigheid vermelden we ook nog dat er een vermindering bestaat voor oorlogsslachtoffers. Aangezien deze minder courant is gaan we hier niet verder op in.  

De persoonsgebonden verminderingen kunnen ook toepassing vinden indien de huurder hiervoor in aanmerking komt. In dat geval zal het voordeel in eerste instantie ten goede komen van de eigenaar aangezien die de onroerende voorheffing verschuldigd is. De eigenaar zal dit vervolgens moeten verrekenen met de huurder.  

Vrijstelling onroerende voorheffing 

Naast verminderingen bestaan er ook tal van vrijstellingen inzake de onroerende voorheffing. Zo bestaat er in bepaalde gevallen een vrijstelling wanneer je een handelspand verbouwt tot een woning. Hetzelfde geldt voor renovatie of vervangbouw van verwaarloosde, ongeschikte of onbewoonbare onroerende goederen.  

Daarnaast bestaan er nog enkele specifieke vrijstellingen die we hier niet behandelen.  

Blijf up to date!

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief en ontvang maandelijks de belangrijkste updates!

Bij inschrijving gaat u akkoord met de privacyverklaring.