Vervoerdiensten bij uitvoer: niet langer vrijgesteld van BTW?

Dit artikel verscheen origineel op 09/06/2022.

Update: 31/08/2023

Vandaag kunnen (vervoer)diensten die rechtstreeks verband houden met de uitvoer van goederen buiten de Europese Unie genieten van een vrijstelling van btw. Dit zou echter veranderen vanaf 1 september 2022. 

• Lees ook: Nieuw dubbelbelastingverdrag België-Nederland: wat betekent dit voor u?

Enkel ‘rechtstreekse’ vervoerdiensten bij uitvoer nog vrijgesteld 

Na de voorgestelde wijziging zou enkel nog een vrijstelling van btw mogelijk zijn wanneer de vervoerdiensten rechtstreeks verband houdt met de export. Dit is enkel het geval wanneer de dienst rechtstreeks wordt verleend aan de uitvoerder of de ontvanger van de goederen. Wanneer er beroep wordt gedaan op een onderaannemer voor het vervoer - wat in de praktijk vaak gebeurt - kan dit voor problemen zorgen. Een voorbeeld kan dit verduidelijken: 

Een Belgische vennootschap A verkoopt goederen aan een Britse verkoper B. Vennootschap A staat ook in voor het afleveren van de goederen en doet hiervoor beroep op een transporteur C. Indien transporteur C het vervoer zelf uitvoert, is er geen probleem en dient zij geen btw aan te rekenen op haar vergoeding. Een andere mogelijkheid is echter dat transporteur C beroep doet op transporteur D als onderaannemer om het vervoer in goede banen te leiden. Transporteur D zal op de vergoeding die zij aan transporteur C aanrekent wel btw moeten aanrekenen. 

Daarbij zou het dus van belang zijn om bij de uitvoer van goederen buiten de Europese Unie altijd goed na te gaan in welke exacte hoedanigheid de transporteur optreedt. Indien wordt opgetreden als onderaannemer waarbij geen rechtstreeks verband/contract is met de uitvoerder, zou men btw moeten aanrekenen op zijn facturen. 

• Lees ook: Hoe bepaal je de prijs van een dienst of product?

Inwerkingtreding opgeschort 

Initieel zou de wetswijziging reeds in werking treden op 1 januari 2022, werd vervolgens uitgesteld naar 1 april 2022 en later nog een keer tot 1 september 2022. 

Aangezien er veel commotie ontstond omtrent de geplande wetswijziging, heeft de administratie nu beslist om de toepassing op te schorten. Er zal overleg worden gepleegd op Europees niveau om zodoende tot een uniforme toepassing te komen binnen de verschillende lidstaten. Wordt ongetwijfeld vervolgd.